Sunday, September 28, 2008

What a wonderful world

Crazy

Vooruitblik

Op een rots in het Schottegat spreekt Jan van Gent tegen zijn zoontje in het nest.
‘Moet je eens luisteren, zoon, op deze rots zal de economie van dit eiland gebouwd worden.’
‘Visje, visje,’ krijst Jantje van Gent.
‘Visje, visje, jij altijd met je hongerige buik, het leven is meer dan alleen maar eten. Luister, wat ik je ga vertellen is goed voor je algemene ontwikkeling. Op deze rots zal een imperium verrijzen dat het gezicht van dit eiland voorgoed zal veranderen. Er zal voorspoed en welvaart komen voor alle inwoners. Gonzende fabrieken, glimmende tanks, rokende schoorstenen, lange pijpleidingen worden gebouwd. Landskinderen van Banda Riba tot Banda Bou worden tewerkgesteld. Zij zullen iedere zaterdagmiddag geld ontvangen in een zakje, dat zij diezelfde avond nog opmaken aan eten, drinken en feesten. Er zullen mensen uit andere landen komen: Makambas uit Holland, Matis uit Suriname, Bedjis van de Bovenwinden, Kompaders uit Madeira. Iedereen krijgt een plaats. De Makambas krijgen grote huizen met mooie tuinen, dag en nacht bewaakt, de vrouwen hoeven niet te werken en liggen de hele dag aan het strand; de Matis hun eigen dorp, geur van roti, pom en pastei, de vrouwen staan de hele dag in de keuken; de Kompaders krijgen barakken, kaki werkpakken en poetslappen, muito obrigado; de Bedjis zoeken het maar uit.’
‘Visje, visje!’
Janneke van Gent komt thuis. ‘Heb je die jongen nog geen eten gegeven? Wat zit je daar tegen hem te wauwelen, heb je al rum gedronken, zo vroeg al?’
‘Rustig, rustig, vrouwtje, je praat als een viswijf. Ik ben de jongen algemene ontwikkeling aan het bijbrengen.’
‘Wat voor algemene ontwikkeling? Wat voor ontwikkeling heb je zelf, anders dan jatten op de kade?’
‘De pot verwijt de ketel, laat mij in je tas kijken wat je zelf op de kop hebt getikt.’
‘Hou je handen thuis. Wat was je aan het vertellen?’
‘Een droom, een kans voor dit eiland. Kijk wat een mooie haven, het is toch zonde om die onbenut te laten. Hier kun je een prachtige industrie neerzetten. Op een van mijn vluchten heb ik gezien dat zij ginder op het vaste land een zwarte blubber uit de zee halen. Daar moet iets mee te doen zijn en dat kunnen wij mooi hier doen. Ginder schieten zij om de haverklap de leider van zijn sokkel. Hier hebben wij een stabiel politiek klimaat.’
‘Nou zeg, dat klinkt geleerd. Heb je marihuana gerookt?’
‘Marihuana bestaat niet. Luister naar mijn droom. Er komen schepen die de zwarte blubber meebrengen en andere schepen brengen de verwerkte producten weer weg. Al die schepen moeten een keer gerepareerd worden. Dat doen wij ook hier. Het wordt druk in de haven.’
‘En wij zijn ons nest kwijt.’
‘Je kunt ook niet alles tegelijk hebben. Het wordt niet alleen druk in de haven, het wordt druk op het hele eiland. Dat noemt men welvaart.’
‘Die zwarte blubber lijkt mij wel smerig. Ik zou het wel jammer vinden als alles onder die troep komt.’
‘Wat wil je nou voor het eiland? Groene bomen, blauwe zee, witte stranden, waar je geen sikkepit aan hebt, of wil je geld?’
‘Kan het niet allebei?’
‘Nee, vrouwtje, daar kun je met je vogelverstand niet bij. Het is of het een of het ander. Maar voorwaar, ik zeg je, er zullen over negentig jaar valse profeten opstaan die verkondigen dat je ook op andere manieren geld kunt verdienen. Dat de hele santenkraam niets meer waard is dan oud roest en moet worden afgebroken. Dat de rook uit de schoorstenen de mensen ziek maakt. Wat wil je, honger is ook slecht voor de gezondheid.’
‘Onze kleinkinderen blijven met hun vleugels vastzitten in het zwarte meer dat zij volstorten.’
‘Dat is van later zorg.’

K.

Friday, September 19, 2008

Een mensenleven

‘Wij hebben toch wat meegemaakt in een mensenleven, de eerste mens op de maan bijvoorbeeld.’
‘Je wordt oud, schat, als mensen beginnen te zeveren over vroeger dan worden ze oud.’
‘Wij worden allemaal oud, de klok tikt even snel voor ons allemaal. Wat ik bedoel is dat er heel wat belangrijke dingen zijn gebeurd die wij bewust meegemaakt hebben. Weet je nog hoe de eerste man op de maan heette?’
‘Vergeet niet dat ik tien jaar jonger ben dan jij.’
‘Neil Armstrong, 21 juli 1969.’
‘Toen was de rook in Punda en Otrobanda nog niet opgetrokken.’
‘That's one small step for man, one giant leap for mankind.’
‘Wat? Dertig mei?’
‘Nee, dat zei Neils Armstrong. En dan Fidel Castro, tien jaar eerder.’
‘Ik was toen nog niet geboren.’
‘Mijn oom was een grote bewonderaar van Fidel. Als hij van het werk thuiskwam zei hij altijd, ‘llegó un Cubano’. Wij liepen hem tegemoet en droegen zijn tas voor hem. Hij had altijd een stukje brood over en daar mochten wij om vechten.’
‘Ik dacht dat je oom bij de Shell werkte, niet echt een revolutionaire club. Wat voor werk deed hij?’
‘Hij was chauffeur van de directie. Twee keer in de week bracht hij de echtgenotes naar het directiestrand bij Caracasbaai, hij nam soms ook zijn zwembroek mee.’
‘Een rasrevolutionair dus.’
‘En de moord op John F. Kennedy op 22 november 1963 in Dallas. Ik kwam net uit school toen wij het bericht hoorden. Ik zat op de MULO. Heel Curaçao was geschokt.’
‘Precies drie jaar later sterft Dòktor da Costa Gomez. Dat had er toch niets mee te maken, of wel?’
‘Praat geen onzin. Dòktor is gestorven aan een longontsteking.’
‘Ze zeggen van de ellende. Maar hou op met dat gezeik en ga liever twee biertjes halen uit de koelkast.’
‘Juny, haal even twee koude biertjes voor deze twee oudjes, neem er zelf ook een. Deze nog, de zonsverduistering van 26 februari 1998. Weet je nog? Een boze luisteraar belde een radiostation op om te vragen waarom de verduistering op een doordeweekse dag onder werktijd plaats moest vinden en waarom gobièrnu er niet voor kon zorgen dat het naar zondag verschoven werd, zodat de gewone man ook kon kijken.’
‘Je liegt, je hebt je roeping gemist, je moest schrijver worden met die verhaaltjes van jou.’
‘Ik heb het met mijn eigen oren gehoord.’
‘Gaat moeilijk met andermans oren. Ik heb er zelf ook een paar.’
‘Oren?’
‘Nee, historische gebeurtenissen. 3 Januari 1970?’
‘Mmm..., 3 januari 1970, laat mij denken..., kabinet Petronia?’
‘Nee, nog erger, het einde van de muziek. De Beatles vallen uit elkaar, onderlinge ruzie.’
‘Hoezo het einde van de muziek? De tumba floreerde, Boy Dap wordt drie keer tumba koning met Estrellas del Caribe, in theater Roxy volgens mij en daarna weer twee keer in SUBT stadion, Doble R wordt opgericht...’
‘Ik had het over muziek.’
‘Je discrimineert.’
‘Niet boos worden, nu een laatste. 15 december 2008?’
‘Begin van het einde. Welterusten.’

K.

Sunday, September 7, 2008

Konosé bo Isla 2008-09: Kwatrijnen uit Fort Amsterdam, Cola Debrot

Droevig eiland droevig volk
droevig eiland in de kolk
van de maalstroom van de maalstroom
??????????????????????????


Vraag: Maak het bovenstaande kwatrijn van Cola Debrot af.

Sluitingsdatum: zondag 5 oktober 2008

Prijs: een cadeaubon van Boekhandel Mensing .

Sponsor: Datelnet n.v.

(Het inzenden van het antwoord op de prijsvraag gebeurt via e-mail:

revers@cura.net

of door een reply op de door U ontvangen mail van Learnforfun. De winnaar wordt door loting bepaald uit de goede inzendingen.)

Konosé bo Isla 2008-08: antwoord

Antwoord: De boom staat op Scharloo op het terrein waar de Vijf Zinnen heeft gestaan tussen MCB en Kas di Kultura.

Er zijn 15 inzendingen, waarvan 14 goed:

Erich Rene
Max Martina
Willy Maal
Crisen Schorea
Tamira La Cruz
Ed Nahar
Norman Levens
J.T. Emers
Yolanda Chakoetoe
Winsel Peney
Carol Dick
Lida Pandt
Niels Augusta
Joan Augusta
L.J.Chr. Dee

Iedereen bedankt voor het meedoen.

De winnaar is Erich Rene