Wij zaten met een groep vrienden in de kantine en hadden net het bericht ontvangen dat Martin Luther King doodgeschoten was. Wij keken verslagen voor ons uit. In de kantine zaten hoofdzakelijk jongens, een enkel meisje, zij studeerde werktuigbouwkunde en zag er niet uit. In haar vrije tijd repareerde zij auto’s. De kantinejuffrouw lonkte naar ons, zij had lang blond haar en een mooi gezicht, een jaar of twintig.
‘Het is zijn eigen schuld,’ zei een getikte vriend.
Wij reageerden niet. Wij reageerden nooit als hij iets zei. De kantinejuffrouw kwam de tafel afruimen.
‘Wij moeten vanavond iets organiseren,’ opperde een vriend met een Jimmy Hendrix afro, ‘een black culture avond.’
‘Dat doen we,’ reageerde de mafkees, ‘daarna gaan wij naar de stad en timmeren de eerste en de beste makamba die wij tegenkomen in mekaar.’ De kantinejuffrouw glimlachte, ze had rotte tanden.
Die avond trommelden wij iedereen op, studenten en arbeiders, werkend of niet werkend, wij maakten geen onderscheid. De trompet van Miles Davis klonk schel, Miles in the Sky.
‘Wat staat op het programma?’ vroeg een niet werkende arbeider.
‘Martin Luther King is vermoord.’
‘Wij breken de stad af!’ sprak hij fel en stak een jointje op. ‘Een trekje?’ ‘Nee, dank je.’
Drie meisjes met korte rokken en dikke bruine dijen kwamen binnen.
‘Wat een herrie,’zei de tofste van de drie, ‘hebben jullie geen betere muziek? Say it loud - I’m black and I’m proud, James Brown, daar kun je tenminste op dansen.’
‘Wij hebben geen feest, Martin Luther King is dood.’
‘O jee, een vriend van jullie?’
‘Mijn oom,’ antwoordde de mafkikker.
‘Wie heeft Frantz Fanon gelezen?’ vroeg Jimmy Hendrix. ‘Black Skin, White Masks, een geweldig boek, ik heb het bij me, ik kan er een stukje uit voorlezen.’
‘Niet moeilijk doen, professor,’ reageerde de toffe meid, ‘wij weten dat je slim bent, wat heb je nog meer bij je, rode libanon?’
‘Niggers are scared of revolution
But niggers shouldn't be scared of revolution
Because revolution is nothing but change
And all niggers do is change.’
‘Dat kennen jullie niet,’ schepte de gesjeesde vriend op. Iedereen bleef stil. ‘Dat gedicht heb ik gehoord in New York, toen ik laatst daar was.’
‘Je bent nooit in New York geweest, flippo,’ zei het meisje terwijl zij een stukje rode libanon in een vloeitje verbrokkelde, ‘je bent niet verder gekomen dan Amsterdam.’
Jimmy Hendrix haalde zijn mondharmonica tevoorschijn en begon een blues te spelen die hij zelf gecomponeerd had: ‘Kòrsou na kandela Blues’. Het was een profetisch lied over de uitbuiting van arbeiders op Curaçao. Het meisje blies een rookwolk in zijn gezicht.
‘Vertel ons liever van die Martin van jullie, in plaats van die onzin te zingen. Waaraan is hij doodgegaan?’
‘Zalig zijn de simpelen van geest,’ zei Jimmy Hendrix en borg zijn mondharmonica op, ‘in welke grot wonen jullie?’
‘In de grot van je m..., breek me de bek niet open.’
‘Gaan wij de stad nog afbreken?’ vroeg de niet werkende arbeider.
Veertig jaar later zit ik voor de televisie en ik kijk naar CNN. De einduitslag van de presidentsverkiezingen in de Verenigde Staten is net binnen. Een zwarte Amerikaan heeft gewonnen. Ik bel de kale Jimmy Hendrix op. ‘The King is dead, long live the King’, zegt hij.
K.
Sunday, August 24, 2008
Friday, August 22, 2008
Churandy, Kabayero noble (un ehèmpel, un inspiradó i nos tesoro)
Kabayero noble, nos héroe Churandy Martina
Bo nòmber ta mentá den prensa i den tur skina
Na weganan Olímpiko, ainda bo no a logra plata ni oro
Pero pa Antia i sigur Kòrsou , semper lo bo keda nos tesoro
Bo ta un gran ehèmpel pa hubentut
P’esei nos mester paga bo ku gratitut
Den bo bida bo a salta hopi momentunan di goso
Den kuadro di hasi bo máksimo esfuerso
Hopi di loke bo ta poseé i tin
Bo a laga mundu henter mira for di Beijing
Todopoderoso realmente a bendishoná bo ku un don
Basá riba bo prestashon, mundu awor sa ku bo ta super bon
Un kos ta sigur, fo’i Banda Riba te Banda Bou
Tur hende ta anhelá bo yegada aki na Kòrsou
Abo huntu ku tur e otronan ku a presta i bira famoso
Lo inspirá nos hendenan pa hasi Kòrsou un pais grandioso
Señor guiá bo i warda bo bou di su protekshon
I drama pa bo i henter bo famia su bendishon
Teresa (Techi) Koeiman-Doran
Kòrsou, 21 di ougùstùs 2008
Bo nòmber ta mentá den prensa i den tur skina
Na weganan Olímpiko, ainda bo no a logra plata ni oro
Pero pa Antia i sigur Kòrsou , semper lo bo keda nos tesoro
Bo ta un gran ehèmpel pa hubentut
P’esei nos mester paga bo ku gratitut
Den bo bida bo a salta hopi momentunan di goso
Den kuadro di hasi bo máksimo esfuerso
Hopi di loke bo ta poseé i tin
Bo a laga mundu henter mira for di Beijing
Todopoderoso realmente a bendishoná bo ku un don
Basá riba bo prestashon, mundu awor sa ku bo ta super bon
Un kos ta sigur, fo’i Banda Riba te Banda Bou
Tur hende ta anhelá bo yegada aki na Kòrsou
Abo huntu ku tur e otronan ku a presta i bira famoso
Lo inspirá nos hendenan pa hasi Kòrsou un pais grandioso
Señor guiá bo i warda bo bou di su protekshon
I drama pa bo i henter bo famia su bendishon
Teresa (Techi) Koeiman-Doran
Kòrsou, 21 di ougùstùs 2008
Thursday, August 21, 2008
Thursday, August 14, 2008
Grote Banaan uit Afrika (een kinderliedje)
De grote banaan uit afrika die danste de hele dag van je bi boe ba ba nanana.
En iedereen die het zag zei; hé waar komt die banaan vandaan hé waar gaat ie naar toe?
We dansen die banaan achterna van je bie boe ba la loe.
De grote banaan uit afrika die keek toen heel verwonderd.
De mensen zongen bi boe ba
Het waren er wel honderd ze dansten naar het warme strand
en riepen met z'n allen lang leve het bananen land
En trap niet op de kwallen bi boe banana loe.
De grote banaan uit afrika die danste de hele dag van je bi boe ba ba nanana.
En iedereen die het zag zei; hé waar komt die banaan vandaan, hé waar gaat ie naar toe?
We dansen die banaan achterna van je bie boe ba la loe.
De grote banaan uit afrika begon opeens te rennen.
Hij wilde naar het water toe om lekker te gaan zwemmen,
hij trok zijn gele jasje uit en sprong toen in de golven.
daar werd hij door een hoge zee haast helemaal bedolven bi boe banana loe.
Die blote banaan uit afrika die zwom toen de hele dag,
want hij ging terug naar afrika en iedereen die het zag zei;
hé waar zou die banaan heen gaan hé waar gaat ie naar toe?
Hij zwemt terug naar Afrika van je bie boe ba la loe.
En iedereen die het zag zei; hé waar komt die banaan vandaan hé waar gaat ie naar toe?
We dansen die banaan achterna van je bie boe ba la loe.
De grote banaan uit afrika die keek toen heel verwonderd.
De mensen zongen bi boe ba
Het waren er wel honderd ze dansten naar het warme strand
en riepen met z'n allen lang leve het bananen land
En trap niet op de kwallen bi boe banana loe.
De grote banaan uit afrika die danste de hele dag van je bi boe ba ba nanana.
En iedereen die het zag zei; hé waar komt die banaan vandaan, hé waar gaat ie naar toe?
We dansen die banaan achterna van je bie boe ba la loe.
De grote banaan uit afrika begon opeens te rennen.
Hij wilde naar het water toe om lekker te gaan zwemmen,
hij trok zijn gele jasje uit en sprong toen in de golven.
daar werd hij door een hoge zee haast helemaal bedolven bi boe banana loe.
Die blote banaan uit afrika die zwom toen de hele dag,
want hij ging terug naar afrika en iedereen die het zag zei;
hé waar zou die banaan heen gaan hé waar gaat ie naar toe?
Hij zwemt terug naar Afrika van je bie boe ba la loe.
Wednesday, August 6, 2008
Top 100 movie quotes (a selection)
1. "Frankly, my dear, I don't give a damn." Clark Gable as Rhett Butler in Gone With the Wind (1939)
2. "I'm going to make him an offer he can't refuse." Marlon Brando as Vito Corleone in The Godfather (1972)
8. "May the Force be with you." Harrison Ford as Han Solo in Star Wars (1977)
22. "Bond. James Bond." Sean Connery as James Bond in Dr. No (1962)
41. "We rob banks." Warren Beatty as Clyde Barrow in Bonnie and Clyde (1967)
42. "Plastics." Walter Brooke as Mr. Maguire in The Graduate (1967)
53. "One morning I shot an elephant in my pajamas. How he got in my pajamas, I don't know." Groucho Marx as Capt. Geoffrey T. Spaulding in Animal Crackers (1930)
56. "A boy's best friend is his mother." Anthony Perkins as Norman Bates in Psycho
(1960)
63. "Mrs. Robinson, you're trying to seduce me. Aren't you?" Dustin Hoffman as Benjamin Braddock in The Graduate (1967)
85. "My precious." Andy Serkis as Gollum in The Lord of the Rings: The Two Towers
(2002)
90. "Shaken, not stirred." Sean Connery as James Bond in Goldfinger (1964)
2. "I'm going to make him an offer he can't refuse." Marlon Brando as Vito Corleone in The Godfather (1972)
8. "May the Force be with you." Harrison Ford as Han Solo in Star Wars (1977)
22. "Bond. James Bond." Sean Connery as James Bond in Dr. No (1962)
41. "We rob banks." Warren Beatty as Clyde Barrow in Bonnie and Clyde (1967)
42. "Plastics." Walter Brooke as Mr. Maguire in The Graduate (1967)
53. "One morning I shot an elephant in my pajamas. How he got in my pajamas, I don't know." Groucho Marx as Capt. Geoffrey T. Spaulding in Animal Crackers (1930)
56. "A boy's best friend is his mother." Anthony Perkins as Norman Bates in Psycho
(1960)
63. "Mrs. Robinson, you're trying to seduce me. Aren't you?" Dustin Hoffman as Benjamin Braddock in The Graduate (1967)
85. "My precious." Andy Serkis as Gollum in The Lord of the Rings: The Two Towers
(2002)
90. "Shaken, not stirred." Sean Connery as James Bond in Goldfinger (1964)
Tuesday, August 5, 2008
Culturele curiositeit
Papiamentu mocht niet op schoolplein. ‘Ki falta bo, sua?’ Pats! Een draai om mijn oren van Frater Dismas. De polsen van Frater Dismas waren even dik als mijn dijbenen. Hij had dubbele letter, wat betekende dat zijn klappen extra hard aankwamen. Dit gebeurde op een onbewaakt moment, want wij hadden altijd iemand op de uitkijk wanneer wij in een groepje stonden te praten. Als de frater aankwam, gaf Witte Veder een signaal en dan deden wij waar wij het beste in waren, zwijgen in alle talen.
De fraters waren ervan overtuigd dat het spreken van Papiamentu de hersenen aantastte, waardoor de intelligentie achteruitging. Intelligentie was toen nog niet normaal verdeeld.
Ik was een jaar of vijf, zes en sprak thuis, op straat, in de winkel en in de kerk Papiamentu. Voor zover ik mij kan herinneren spraken alle jongens in mijn klas thuis Papiamentu, behalve, nu ik erover nadenk, de zoon van een arts die zijn praktijk op het Rif had, maar hij sprak ook Papiamentu op het schoolplein.
Ondanks de terreur deden wij het niet slecht op school. Op ons schoolrapport stond een merkwaardige vermelding ‘groep’ geheten en die liep van één tot vijf. Tot de eerste groep behoorden de beste leerlingen en de slechtste tot vijfde groep. ‘Mi ñetu mayó a sali eerste groep, mijn oudste kleinkind is in de eerste groep uitgekomen,’ riep mijn grootmoeder luid in de straten van Otrobanda. Aan de indeling van de zitplaatsen in de klas kon men de schoolresultaten aflezen, de eerstegroepers zaten op de eerste rij, daarachter de tweedegroepers, enzovoorts. Hoewel de vijfdegroepers officieel helemaal achterin zaten, waren zij meestal druk in het weer met het opknappen van karweitjes voor de frater: koffie halen, plantjes water geven, mappen rondbrengen, noem maar op. Onderwijs was aan hen niet besteed.
Ik moet eerlijkheidshalve zeggen dat ik niet altijd in de eerste groep uitkwam, dat was niet goed voor mijn reputatie in de steegjes van Otrobanda.
Later, in de derde klas geloof ik, kregen wij een Surinaamse leerkracht. Hij sprak ook geen Papiamentu, maar hij had een donkere huidskleur en dat gaf hoop, hij was een bondgenoot. Een keer vroeg ik hem, in een vlaag van enthousiasme, of hij wel funchi at. Dat was het minste wat je kon verwachten van een bondgenoot die geen Papiamentu sprak. ‘Ik heb funchi wel een keer gegeten, maar gebakken, anders lust ik het niet.’ Ik vond hem een verrader. Dat de fraters geen Papiamentu spraken en geen funchi aten, dat kon ik hen vergeven, zij kwamen immers uit Tilburg, een boerendorp in die tijd. Maar hem niet, hij kwam uit Suriname en daar wisten zij het beter.
Op een dag verscheen er een groep rare gasten op school. Zij waren jong en keurig gekleed met lange mouwen en stropdassen. Zij kwamen kweken en werden verdeeld over de klassen. Eentje was mijn buurjongen, maar hij deed alsof hij mij niet kende. Zo stroomden de scholen langzamerhand vol met leerkrachten die wel Papiamentu spraken en funchi aten, maar dat verloochenden. De leerlingen waren echter niet gek en hadden gauw genoeg in de gaten dat meneer of juffrouw de sommen ook in het Papiamentu kon uitleggen. Ze deden dus alsof zij het Nederlands niet verstonden, hun goed recht. Zo deed het Papiamentu ongemerkt haar intrede in de scholen.
Toen dit goed en wel aan de gang was, kwamen de intellectuelen op de proppen met ‘Papiamentu a bai skol’ en schreven de introductie van het Papiamentu in het onderwijs op hun conto. Zes jaar geleden stapte ook het Rooms Katholieke Schoolbestuur op de bandwagon onder het motto ‘if you cannot beat them, join them’, en introduceerde het Papiamentu als instructietaal op al haar scholen, behalve het Vigdis Jonckheer-Mensing College, omdat het schoolbestuur in onderwijs in de moedertaal geloofde (noot: mevrouw Vigdis Jonckheer-Mensing q.e.p.d. was jarenlang directeur van het RK Schoolbestuur).
Zes jaar later krijgt het RK Schoolbestuur koude voeten aangezien ‘kinderen in groep vijf en zes van het Papiamentstalig funderend onderwijs (fo) slechtere resultaten behalen op het gebied van taal en rekenen dan leerlingen van vergelijkbare leerjaren in het oude onderwijssysteem’ en draait de klok terug. Voornaamste reden: er is niet genoeg materiaal in de moedertaal. Met andere woorden, iemand is lui geweest, of zoals dat meestal het geval is, wij zeggen wel A maar geen B. B laten wij over aan het Opperwezen, dat echter andere dingen aan zijn hoofd heeft.
De cirkel is bijna rond, er resteert nog de beslissing om het Papiamentu te verbieden op het schoolplein. Het Papiamentu wordt verheven, net als de funchi, tot een culturele curiositeit, leuk voor de Hollanders om eraan te ruiken.
K.
De fraters waren ervan overtuigd dat het spreken van Papiamentu de hersenen aantastte, waardoor de intelligentie achteruitging. Intelligentie was toen nog niet normaal verdeeld.
Ik was een jaar of vijf, zes en sprak thuis, op straat, in de winkel en in de kerk Papiamentu. Voor zover ik mij kan herinneren spraken alle jongens in mijn klas thuis Papiamentu, behalve, nu ik erover nadenk, de zoon van een arts die zijn praktijk op het Rif had, maar hij sprak ook Papiamentu op het schoolplein.
Ondanks de terreur deden wij het niet slecht op school. Op ons schoolrapport stond een merkwaardige vermelding ‘groep’ geheten en die liep van één tot vijf. Tot de eerste groep behoorden de beste leerlingen en de slechtste tot vijfde groep. ‘Mi ñetu mayó a sali eerste groep, mijn oudste kleinkind is in de eerste groep uitgekomen,’ riep mijn grootmoeder luid in de straten van Otrobanda. Aan de indeling van de zitplaatsen in de klas kon men de schoolresultaten aflezen, de eerstegroepers zaten op de eerste rij, daarachter de tweedegroepers, enzovoorts. Hoewel de vijfdegroepers officieel helemaal achterin zaten, waren zij meestal druk in het weer met het opknappen van karweitjes voor de frater: koffie halen, plantjes water geven, mappen rondbrengen, noem maar op. Onderwijs was aan hen niet besteed.
Ik moet eerlijkheidshalve zeggen dat ik niet altijd in de eerste groep uitkwam, dat was niet goed voor mijn reputatie in de steegjes van Otrobanda.
Later, in de derde klas geloof ik, kregen wij een Surinaamse leerkracht. Hij sprak ook geen Papiamentu, maar hij had een donkere huidskleur en dat gaf hoop, hij was een bondgenoot. Een keer vroeg ik hem, in een vlaag van enthousiasme, of hij wel funchi at. Dat was het minste wat je kon verwachten van een bondgenoot die geen Papiamentu sprak. ‘Ik heb funchi wel een keer gegeten, maar gebakken, anders lust ik het niet.’ Ik vond hem een verrader. Dat de fraters geen Papiamentu spraken en geen funchi aten, dat kon ik hen vergeven, zij kwamen immers uit Tilburg, een boerendorp in die tijd. Maar hem niet, hij kwam uit Suriname en daar wisten zij het beter.
Op een dag verscheen er een groep rare gasten op school. Zij waren jong en keurig gekleed met lange mouwen en stropdassen. Zij kwamen kweken en werden verdeeld over de klassen. Eentje was mijn buurjongen, maar hij deed alsof hij mij niet kende. Zo stroomden de scholen langzamerhand vol met leerkrachten die wel Papiamentu spraken en funchi aten, maar dat verloochenden. De leerlingen waren echter niet gek en hadden gauw genoeg in de gaten dat meneer of juffrouw de sommen ook in het Papiamentu kon uitleggen. Ze deden dus alsof zij het Nederlands niet verstonden, hun goed recht. Zo deed het Papiamentu ongemerkt haar intrede in de scholen.
Toen dit goed en wel aan de gang was, kwamen de intellectuelen op de proppen met ‘Papiamentu a bai skol’ en schreven de introductie van het Papiamentu in het onderwijs op hun conto. Zes jaar geleden stapte ook het Rooms Katholieke Schoolbestuur op de bandwagon onder het motto ‘if you cannot beat them, join them’, en introduceerde het Papiamentu als instructietaal op al haar scholen, behalve het Vigdis Jonckheer-Mensing College, omdat het schoolbestuur in onderwijs in de moedertaal geloofde (noot: mevrouw Vigdis Jonckheer-Mensing q.e.p.d. was jarenlang directeur van het RK Schoolbestuur).
Zes jaar later krijgt het RK Schoolbestuur koude voeten aangezien ‘kinderen in groep vijf en zes van het Papiamentstalig funderend onderwijs (fo) slechtere resultaten behalen op het gebied van taal en rekenen dan leerlingen van vergelijkbare leerjaren in het oude onderwijssysteem’ en draait de klok terug. Voornaamste reden: er is niet genoeg materiaal in de moedertaal. Met andere woorden, iemand is lui geweest, of zoals dat meestal het geval is, wij zeggen wel A maar geen B. B laten wij over aan het Opperwezen, dat echter andere dingen aan zijn hoofd heeft.
De cirkel is bijna rond, er resteert nog de beslissing om het Papiamentu te verbieden op het schoolplein. Het Papiamentu wordt verheven, net als de funchi, tot een culturele curiositeit, leuk voor de Hollanders om eraan te ruiken.
K.
Monday, August 4, 2008
Sunday, August 3, 2008
Konosé bo Isla 2008-08: Behoud natuur
Het terrein rondom deze boom wordt schoongemaakt voor (commerciële) doeleinden. Deze prachtige boom wordt blijkbaar/hopelijk behouden.
Vraag: Waar staat deze boom?
Sluitingsdatum: zondag 7 september 2008
Prijs: een cadeaubon van Candy Barrel .
Sponsor: Datelnet n.v.
(Het inzenden van het antwoord op de prijsvraag gebeurt via e-mail:
revers@cura.net
of door een reply op de door U ontvangen mail van Learnforfun. De winnaar wordt door loting bepaald uit de goede inzendingen.)
Konosé bo Isla 2008-07: antwoord
Antwoord: Makaprein
Er zijn 33 inzendingen, waarvan 25 goed:
Leendert J.J. Pengel
Joan Augusta
Elly Osepa
Papy Lareine
F. d..S..T..
Tamira La Cruz
Virlene de Lanoy
Islelly.Pikerie
Winsel Peney
Yolanda Chakoetoe
Nuelette Adams
Loeki Peters
Jefka Alberto
Max Martina
Erich Rene
R.V. Romer
Aimee Kleinmoedig
Magdalis Bakboord
Elodie Voorbraak
Ilona Berggraaf
Efren
Jaap Blenk
Erseline Mauricio
Lida Pandt
Niels Augusta
J.T. Emers
Farienne Martis
Eugene Kapel
Tilly Peters
Daisy Mogen
Sharine Martina
Carol Dick
Gilson Elmzoon
Iedereen bedankt voor het meedoen.
De winnares is Elly Osepa
Er zijn 33 inzendingen, waarvan 25 goed:
Leendert J.J. Pengel
Joan Augusta
Elly Osepa
Papy Lareine
F. d..S..T..
Tamira La Cruz
Virlene de Lanoy
Islelly.Pikerie
Winsel Peney
Yolanda Chakoetoe
Nuelette Adams
Loeki Peters
Jefka Alberto
Max Martina
Erich Rene
R.V. Romer
Aimee Kleinmoedig
Magdalis Bakboord
Elodie Voorbraak
Ilona Berggraaf
Efren
Jaap Blenk
Erseline Mauricio
Lida Pandt
Niels Augusta
J.T. Emers
Farienne Martis
Eugene Kapel
Tilly Peters
Daisy Mogen
Sharine Martina
Carol Dick
Gilson Elmzoon
Iedereen bedankt voor het meedoen.
De winnares is Elly Osepa
Subscribe to:
Posts (Atom)