Tuesday, June 10, 2008
Tien geboden voor de vrouw
1. Zij mag natuurlijk mooi zijn, maar lelijk is meestal leuker, als er tenminste zoveel coupe in zit dat je telkens vertederd wordt, als je haar ziet.
2. Voor mijn part kent zij de hele encyclopedie van buiten, als ze maar niet voortdurend met citaten smijt en wijs genoeg is om ons (en hoe ten onrechte!) in de waan te laten, dat wij ièts meer weten.
3. Zij mag best het huishouden organiseren, als ze maar niet zo dogmatisch gelooft in de zelf geschapen regelmaat dat ze de chaos, op ogenblikken waarop die aangenamer is, als een ongeluk beschouwt. Ze moet maaltijden durven overslaan zonder wit weg te trekken.
4. Zij moet niet geloven in de grote schoonmaak en geen behoefte gevoelen de aangename wanorde van ons vertrek te herleiden tot de atmosfeer van een hotelkamer in Goes.
5. Ze moet ons serieus nemen als wij schoolziek zijn. Dus nooit: ‘Stel je niet zoo aan’, doch steeds: ‘Ach, arme jongen – je zag er ook zo moe uit’ – en dan het ontbijt op bed.
6.Ze moet de boeken, die wij op salarisdag hebben gekocht, het eerst ter hand nemen en zo nu en dan zeggen: ‘Dit moet je toch werkelijk eens lezen!’ En niet tactloos zijn als we het nalaten, doch er later in gezelschap toch over meepraten.
7. Ze moet als we ons gezamenlijk uitgaansavondje hebben, de kosten weten te drukken, zonder ooit te zeggen: ‘Zou je het wel doèn?’
8. Ze mag, als we een nieuwe das hebben gekocht, nooit zeggen: ‘Von-je diè nou zo aardig?’
9. Ze moet, als de visite weg is, op natuurlijke toon kunnen zeggen: ‘O, ik vond het helemaal niet erg, die moppen nòg eens te horen – je vertelt ze zo aardig.’
10. Ze moet, als we net in bed liggen, nimmer zeggen: ‘O, de vuilnisbak moet nog buiten worden gezet.’
S. CARMIGGELT
Subscribe to:
Post Comments (Atom)
No comments:
Post a Comment