Monday, August 23, 2010

Dies florin ku dies sèn

Benisio di Ma Keta
mainta promé ku solo sali
a lanta gloria su kurpa
bisti su wayabera blanku
sali kue kaminda pa Punda
promé ku Ma Keta hole sa.

Ta ayera Lunita di tra’i seru
a bin ta konta kuchikuchi
ku gobièrnu tin un plan sekreto
pa regalá tur penshonado
den kuadro di pais nobo
dies florin ku dies sèn.

Ta sèn ku nan a haña den un saku
den kantor di Bestuurscollege
makambanan ku a bishitá nos isla
a laga tras pa nos.

Benisio sintá den sala di espera
esun promé ta bebe awa limpi
diputado ta drenta otro ta sali
unu bistí manera un keke
fragansia di perfume karu
ta wal bo stoma bashí.

Porfin un señorita amabel
a bin atendé Benisio
skirbi number di buki di banko
pa asina ku elekshon pasa
depositá e sèn riba su kuenta.

Benisio a keda mashá kontentu
i a hura e damita bunita
na nòmber di su mama difuntu
ku e lo vota pa e Lider Máksimo
ku tin Benisio i Ma Keta na kurason.

Kompader

Thursday, August 19, 2010

Taal

Op het moment dat de rector van het Radulphus College zich zorgen maakt over de beheersing van de Nederlandse taal op zijn school, lees ik De Kapellekensbaan, de anti-roman van Louis Paul Boon, het meest onorthodoxe boek geschreven in de Nederlandse taal waarvan de beginzin al twaalf regels telt en de tangconstructies je om de oren vliegen, uit. Niettemin wordt dit meesterwerk van ‘Boontje’ beschouwd als een van de absolute hoogtepunten uit de Nederlandse literatuur van de afgelopen eeuw. Je moet er wel wakker bij blijven, maar dat geldt voor ieder goed boek.

Wat bedoelt de rector nu met beheersing van de Nederlandse taal? Zal een VWO eindexamenkandidaat voor het vak Nederlands De Kapellekensbaan op zijn lijst moeten kunnen zetten als hij daar zijn goesting in heeft? Of voor mijn part om meer bij de tijd te blijven de Godverdomse dagen op een godverdomse bol van Dimitri Verhulst, ook al een Vlaamse schrijver verdorie, en kom nu niet met Herman Brusselmans aanzetten.

De rector kan zich om de beheersing van om het even welke taal zorgen maken. Alle talen worden slecht beheerst. Hij heeft gekozen voor het Nederlands, historisch, omdat wij in het Nederlands taalgebied van de Koninkrijk der Nederlanden liggen en praktisch, omdat onze jongens en meisjes na de middelbare school in Nederland gaan studeren. De tegenvallende schoolresultaten hier en het falen tijdens de studie daar, worden toegeschreven aan de gebrekkige kennis van de Nederlandse taal. Ik meen te weten dat de studieresultaten van de Marokkaanse studenten aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam tot de beste behoren, zij spreken Marokkaans thuis en onderling.

Zouden ook andere factoren een rol kunnen spelen? Bijvoorbeeld een gebrek aan inzet en studiezin, en een laag ambitieniveau bij de leerlingen hier en aanpassingsproblemen, weinig doorzettingsvermogen en te veel afleiding bij de studenten daar? De deskundigen kunnen dat weten.

Maar laten wij terugkeren naar het taalprobleem. Om het probleem te vereenvoudigen maak ik onderscheid tussen de beheersing van de taal in een vakgebied, bijvoorbeeld informatica, economie, psychologie, vaktaal dus en het gebruik van taal in een dialoog, mondeling of schriftelijk.

Vaktaal is een middel om kennis van het vak over te brengen. Een student moet in de eerste plaats de vaktaal goed leren beheersen. De meeste disciplines volgen een min of meer standaard patroon om kennis over te brengen: een conclusie (stelling, bewering) die volgt uit een verzameling gegevens (feiten) en aannemelijk gemaakt wordt door middel van een redenering (betoog). Om het betoog te kunnen houden, moet de student de vaktaal beheersen. De vakdocent moet hier zorg voor dragen, maakt niet uit in welke taal. In de wiskunde gebruikt men symbolen. De Egyptenaren gebruikten hiërogliefen. Consistentie is het belangrijkste.

Taal als een middel voor het voeren van een dialoog is een probleem van een andere orde. De studenten kunnen niet uit hun woorden komen. De studenten kunnen hun gedachten niet op papier zetten. Deze zijn de veel gehoorde klachten. Deze problemen treden op zodra men het veilige patroon van gegevens, redenering en conclusie verlaat en van de student verwacht om zelf zijn gedachten te structureren. Dit vergt oefening en begeleiding. Ik stam zelf uit de tijd van opstellen schrijven en spreekbeurten houden. Maar dit beperkte zich tot de taalvakken. Het had eigenlijk ook voor de andere vakken gemoeten.

In het Amerikaans onderwijs worden veel papers geschreven en wordt er veel gediscussieerd. Een eigen mening hebben, argument en tegenargument, volzinnen gebruiken. Maakt niet uit in welke taal. Maar ook hier weer is consistentie belangrijk. Als men eenmaal een keuze gemaakt heeft, dan moet men zich aan die taal houden. Maar waarom die aversie tegen het Nederlands? Tja, hierover misschien een andere keer.

K.

Sunday, August 1, 2010

Konosé bo Isla 2010-07: Taal

lilitatralililapalala

Hierboven staat een zin in het Papiaments zonder hoofdletters, spaties en leestekens.

Vraag: Wat zegt de zin?

Pregunta: Kiko e frase ta bisa?



Sluitingsdatum: zondag 5 september 2010

Prijs: een cadeaubon van Candy Barrel.

Sponsor: ESCRIBA N.V.

(Het inzenden van het antwoord op de prijsvraag gebeurt via e-mail:

revers@cura.net

of door een reply op de door U ontvangen mail van Learnforfun. De winnaar wordt door loting bepaald uit de goede inzendingen.)

Konosé bo Isla 2010-06: antwoord

Antwoord: Palapa Hotel

Er zijn 7 inzendingen, allemaal goed:

Erich Renee
Eduardo Vlieg
America Augusta
Joan Augusta
Regina v/d Biest
Yolanda Chakoetoe
Flavia Vasco de Sousa

De winnaar is Eduardo Vlieg

Iedereen bedankt voor het meedoen.

Een genie

Nanzi komt thuis en ziet nieuwe gordijnen hangen voor de ramen. Zo, denkt hij, Shi Maria heeft nieuwe gordijnen gekocht, dus zij heeft geld. Hij kijkt op zijn horloge en ziet dat het pas drie uur is. Shi Maria zal niet voor vijven thuis zijn, hij heeft alle tijd om naar het geld te zoeken.

Nanzi zoekt overal, maar kan niets vinden. Waar heeft Shi Maria het geld in hemelsnaam verborgen, vraagt hij zich af. Hij zoekt zelfs onder de losse plank in de badkamer, waar hij zijn eigen spullen verstopt.

Om klokslag vijf uur komt Shi Maria thuis met de kinderen.
‘Ha, daar is mijn lieve vrouw,’ zegt Nanzi met een slijmerige stem, ‘ik zie dat je heel mooie gordijnen gekocht hebt. Die hebben zeker een paar centjes gekost.’
‘En je hebt naar die centjes gezocht en kon ze niet vinden,’ antwoordt Shi Maria vinnig, ‘heb je ook onder de losse plank in de badkamer gekeken? Als je het weten wil, ik heb ze op afbetaling gekocht bij Arie Bier.’

Nanzi kent Arie heel goed. Zij komen allebei in dezelfde kroeg. Arie verkoopt van alles op afbetaling en wordt er rijk van, terwijl vrijwel niemand iets afbetaalt. Nanzi heeft nooit begrepen hoe Arie dat doet, daar moet hij eens achter zien te komen.

Tot zijn geluk komt hij Arie diezelfde middag nog tegen in hun stamkroeg.
‘Ha die Arie,’ roept Nanzi opgewekt, ‘als je aan de duivel denkt, neem een biertje van mij.’
‘Mijn goede vriend Nanzi,’ reageert Arie met een beetje argwaan. ‘Waar heb je de duivel voor nodig? Jij komt vanzelf wel in de hel, ha, ha, ha.’ Zijn dikke buik schudt.
‘O, niets bijzonders,’ antwoordt Nanzi, ‘neem er nog eentje.’

Na tien biertjes raakt Arie’s tong los. ‘Ik zal je uitleggen hoe ik dat doe, Nanzi,’ zegt hij, ‘maar kop dicht. Ik koop de gordijnen in voor drie gulden per stuk en verkoop ze voor tien. Ik laat de mensen vijf gulden aanbetalen en de rest mogen zij afbetalen hoe zij dat willen. Ieder kwartje is meegenomen. Gesnopen?’
‘Arie, je bent een genie,’ schreeuwt Nanzi uit.

De volgende ochtend zit Nanzi op een bank naast de keukendeur te peinzen hoe hij ook een genie kan worden. Het gekakel van een kip doet hem opschrikken.

‘Ga weg,’ schreeuwt hij tegen het dier, ‘ga ergens anders herrie maken.’
‘Schreeuw niet zo, Nanzi,’ roept Shi Maria vanuit de keuken, ‘zij heeft een ei gelegd, ga dat liever zoeken.’

Een ei. Nanzi springt op. Nu weet hij het. Hij weet precies wat hij gaat doen. Hij gaat eieren verkopen.

Nanzi opent een winkeltje en verkoopt eieren, acht cent per stuk. Hij koopt ze in voor tien cent. Hij is de goedkoopste van het eiland en iedereen komt bij hem kopen. De andere eierenverkopers doen hun beklag bij de Koning. De Koning snapt er niets van en roept de ministerraad bijeen. De Minister van Economische Zaken leest het AD, de Minister van Technologie twittert en de rest is ingedommeld. ‘Honderd heilige hagedissen in een hoenderhok,’ schreeuwt de Koning, ‘wordt er hier nog geregeerd of niet. Wat doen wij met het dossier Nanzi? Hij koopt de eieren in voor tien cent en verkoopt ze voor acht cent met winst.’ ‘O, economische zaken,’ zegt de Minister van Technologie en twittert door.

‘Nu moet je mij toch wel vertellen hoe je dat doet, Nanzi,’ zegt Arie. ‘Goed,’ antwoordt Nanzi, ‘maar kop dicht. Ik koop tien eieren in Barber en tien in Soto. Ik maak er vijf van kapot en laat die in Barber zien. Ik krijg de helft van mijn geld terug. Daarna laat ik de kapotte eieren in Soto zien en krijg daar ook mijn geld terug. De vijftien eieren verkoop ik en van de andere vijf maak ik een stevige omelet.’ ‘Geniaal,’ schreeuwt Arie uit.